Wij zoeken nieuwe collega’s. bekijk hier alle vacatures

3 oktober 2024

Alleen specifieke orthopedische maatvoetbedden vallen onder verlaagd btw-tarief

Een bedrijf, dat orthopedische maatvoetbedden maakt, heeft bezwaar gemaakt tegen een naheffing van omzetbelasting over het eerste kwartaal van 2021. De inspecteur van de Belastingdienst is van mening dat het algemene btw-tarief van 21% moest worden toegepast, terwijl het bedrijf meent dat het verlaagde tarief van 9% van toepassing is, omdat de voetbedden orthopedische hulpmiddelen zijn.

Wat is een maatvoetbed?

Een maatvoetbed, ook wel een op maat gemaakt voetbed genoemd, is een orthopedisch hulpmiddel, dat in schoenen wordt geplaatst om de voet te ondersteunen of te corrigeren. Dit voetbed wordt specifiek afgestemd op de vorm en de behoeften van de individuele drager. Maatvoetbedden worden vaak vervaardigd voor mensen met voetproblemen, zoals afwijkingen in de stand van de voet, pijnklachten of verloren functionaliteit door spier- of weefselverlies. Het doel van een maatvoetbed is om de voet in de juiste positie te houden, druk te verdelen en loopproblemen te verminderen.

Standpunt van de belanghebbende

De belanghebbende betoogt dat de orthopedische maatvoetbedden onder het verlaagde btw-tarief van 9% vallen, omdat ze vergelijkbaar zijn met andere orthesen, die als hulpmiddelen wel onder het verlaagde tarief vallen. De voetbedden worden op maat gemaakt voor patiënten met verloren gegane weefselstructuren en helpen de voet te corrigeren en te ondersteunen. Volgens de belanghebbende moeten deze voetbedden daarom hetzelfde behandeld worden als andere hulpmiddelen, die recht geven op het verlaagde tarief. Verder stelt de belanghebbende dat het onderscheid in de wet onduidelijk en onvoldoende onderscheidend is en dat de voetbedden ook om die reden in aanmerking zouden moeten komen voor het lage btw-tarief.

Standpunt van de inspecteur

De inspecteur stelt dat de orthopedische maatvoetbedden niet in aanmerking komen voor het verlaagde btw-tarief en belast moeten worden tegen het algemene tarief van 21%. Volgens de inspecteur kunnen de voetbedden niet worden beschouwd als orthopedische hulpmiddelen die een aanvulling vormen op ontbrekende delen van de voet, zoals vereist is voor het verlaagde tarief. Verder voert de inspecteur aan dat de voetbedden niet specifiek bedoeld zijn om scheefgroei van tenen te corrigeren of te voorkomen, hetgeen een noodzakelijke voorwaarde is om onder het verlaagde tarief te vallen. De voetbedden zijn volgens de inspecteur gericht op ondersteuning van de voet, wat onvoldoende is om in aanmerking te komen voor het lagere tarief.

Oordeel van de rechtbank

De rechtbank oordeelde dat niet alle orthopedische maatvoetbedden onder het verlaagde btw-tarief vallen. Alleen voetbedden die als doel hebben scheefgroei van de tenen te corrigeren of te voorkomen en die een aanvulling vormen op ontbrekende delen van de voet, kunnen in aanmerking komen voor het verlaagde tarief. Belanghebbende slaagde er niet in te bewijzen dat alle door hem vervaardigde voetbedden aan deze voorwaarden voldeden.

Compromis ter zitting en conclusie

Tijdens de zitting bereikten beide partijen een compromis over de omzet van het eerste kwartaal van 2021. Zij kwamen overeen dat 50% van de omzet in dit kwartaal, die betrekking heeft op orthopedische maatvoetbedden, onder het verlaagde btw-tarief valt, omdat de inspecteur dat vanwege onduidelijkheid in de tekst van de wet eerder heeft toegestaan. Per 20 februari 2021 is de wettekst aangepast, waardoor de onduidelijkheid is weggenomen. Voor de resterende omzet blijft het algemene tarief van toepassing. De belanghebbende kreeg dus deels gelijk in beroep.

Praktische tips

Let goed op bij toepassing van het verlaagde tarief voor de btw. Alleen diensten en producten, die aan de gestelde vereisten voldoen, komen in aanmerking voor het verlaagde tarief. Het is essentieel aan deze voorwaarden te voldoen om problemen te voorkomen. Daarnaast is het belangrijk om uw producten zorgvuldig te documenteren. Zorg voor duidelijke productbeschrijvingen en technische specificaties, zodat u kunt aantonen dat uw producten onder het verlaagde tarief vallen. Tot slot kan het verstandig zijn om bij twijfel afspraken te maken met de Belastingdienst om toekomstige geschillen over de btw-tarieven te voorkomen.

Relevante artikelen

Minimumloon per 1 januari 2025

De minister van SZW heeft het minimumuurloon per 1 januari 2025 vastgesteld op € 14,06. Het referentiemaandloon, dat wordt gebruikt voor het vaststellen van de hoogte van diverse uitkeringen, bedraagt per 1 januari 2025 bruto €

Lees hier meer

Geen bouwdepot maar spaarrekening

Hof Den Bosch heeft in een procedure over een aanslag inkomstenbelasting over het jaar 2017 geoordeeld dat het saldo op een spaarrekening een bezitting is voor de rendementsgrondslag van box 3. De belanghebbende in de procedure meende dat het saldo

Lees hier meer

Bedrijfsopvolgingsregeling niet van toepassing

Een echtpaar schonk hun dochter een deel van de onderneming. De dochter claimde de vrijstelling van schenkingsrecht voor ondernemingsvermogen op grond van de bedrijfsopvolgingsregeling (BOR). De inspecteur weigerde de vrijstelling, omdat de dochter

Lees hier meer

Hoge Raad vernietigt boetebeschikkingen: opzet bij niet aangeven gebruikelijk loon onvoldoende bewezen

Een recent arrest van de Hoge Raad ging over de vraag of de Belastingdienst terecht navorderingsaanslagen en boetes heeft opgelegd vanwege het niet aangeven van het gebruikelijke loon. De zaak betrof een vrouw, die arbeid heeft verricht voor een bv

Lees hier meer

Afwaardering regresvordering dga niet ten laste van inkomen

De dga van een holding ging in hoger beroep bij het hof vanwege een geschil met de Belastingdienst. De rechtsvraag was of hij in zijn aangifte inkomstenbelasting over het jaar 2017 een regresvordering op de bv mocht afwaarderen ten laste van zijn

Lees hier meer

Loonkostenvoordelen

Het lage-inkomensvoordeel (LIV) vervalt per 1 januari 2025. Het loonkostenvoordeel (LKV) voor oudere werknemers wordt voor dienstbetrekkingen, die zijn begonnen op of na 1 januari 2024, in 2025 verlaagd. Per 1 januari 2026 wordt dit LKV afgeschaft.

Lees hier meer