Wij zoeken nieuwe collega’s. bekijk hier alle vacatures

8 augustus 2024

B&B-eigenaren winnen zaak over kleinschaligheidsinvesteringsaftrek

Een echtpaar, dat gezamenlijk een bed & breakfast (B&B) exploiteert in een vof, heeft in hun aangifte inkomstenbelasting aanspraak gemaakt op de kleinschaligheidsinvesteringsaftrek (KIA) voor investeringen in de gastenkamers. De inspecteur betwist dit en legt een navorderingsaanslag op. De centrale vraag is of het echtpaar recht heeft op deze aftrek. Hoe oordeelt het hof?

De B&B van het echtpaar beschikt over drie gastenkamers met elk een eigen sanitaire voorziening en een gezamenlijke toegang. Daarnaast is er een gemeenschappelijke ruimte, waar de gasten kunnen ontbijten. In hun aangifte inkomstenbelasting heeft het echtpaar de KIA van de winst afgetrokken, ervan uitgaande dat ze hiervoor in aanmerking komen. De aanslag van de ene echtgenoot is vastgesteld conform de ingediende aangifte. Bij de behandeling van de aangifte van de andere echtgenoot heeft de inspecteur het standpunt ingenomen dat het echtpaar geen recht heeft op de KIA omdat is geïnvesteerd in een woonhuis. Dergelijke investeringen zijn uitgezonderd van de KIA. De inspecteur heeft een navorderingsaanslag opgelegd om de toegekende KIA ongedaan te maken. Het echtpaar diende een bezwaarschrift in, maar de inspecteur verklaarde dit ongegrond. Hierop gingen ze in beroep bij de rechtbank, die hun beroep gegrond verklaarde. De inspecteur ging niet akkoord met het vonnis van de rechtbank en ging in hoger beroep. De vraag die het hof moest beantwoorden is of de gastenkamers van de B&B moeten worden beschouwd als woonhuizen of gedeelten van andere zaken die voor bewoning bestemd zijn.

Het hof is van oordeel dat de gastenkamers geen opstallen zijn, die naar aard en inrichting als woningen bestemd zijn. Een belangrijke overweging hierbij is dat de gastenkamers niet over een eigen woonkamer en keuken beschikken, waardoor de gasten niet in staat zijn zelf maaltijden te bereiden. De badkamers in de gastenkamers zijn als inbouwcabines ingebouwd en bieden slechts minimale voorzieningen. Het hof concludeert dat de gastenkamers niet onder de definitie van woonhuizen vallen in de zin van de Wet op de inkomstenbelasting. Het hof oordeelt, net als de rechtbank, dat het echtpaar daarom recht heeft op de KIA.

Bent u eigenaar van een B&B of overweegt u uw woning te verbouwen om een B&B te starten? Neem dan contact met ons op om te bespreken hoe u, met de juiste informatie, aanspraak kunt maken op KIA voor uw investeringen. Met de juiste voorbereiding kunt u wellicht ook profiteren van dit fiscale voordeel.

Relevante artikelen

Btw op factuur? Dan ook btw betalen!

Een ondernemer drijft zijn onderneming in de vorm van een eenmanszaak. Hij houdt zich bezig met het managen van internationale projecten, met een specialisatie in industriële koelsystemen. De werkzaamheden worden wereldwijd uitgevoerd. In 2017 en

Lees hier meer

Registratie in postsysteem is geen bewijs voor tijdige verzending

Een eigenaresse van een woning klaagt de gemeente aan. Zij beweert dat de gemeente onvoldoende snel heeft beslist over haar bezwaar tegen de WOZ-waarde. De heffingsambtenaar van de gemeente beweert juist dat de uitspraak wel binnen de termijn is

Lees hier meer

Zakelijk gebruik woning: documenteer tijdig en grondig

Voor vermogensetikettering is de wil van de belastingplichtige leidend, tenzij de grenzen der redelijkheid worden overschreden. Bij woningen geldt echter een bijzonder regime: een woning kan volgens de Hoge Raad door zijn aard alleen tot het

Lees hier meer

Geen opgewekt vertrouwen door volgen aangifte in latere jaren

Bij een beheer- en exploitatiemaatschappij, die zich bezighoudt met de exploitatie van onroerende zaken, vindt in augustus 2016 een belangrijke aandeelhouderswijziging plaats. De meerderheidsaandeelhouder (95%) heeft zijn aandelen geschonken aan een

Lees hier meer

Wie stelt moet bewijzen, ook na afloop van de bewaarplicht

In het belastingrecht geldt doorgaans dat de inspecteur de bewijslast draagt voor het vaststellen van belastbare feiten, terwijl de belastingplichtige de bewijslast draagt voor aftrekposten, vrijstellingen of andere belastingvoordelen zoals

Lees hier meer

Hoger beroep toch op tijd door feestdag

De termijn voor het indienen van een hoger beroepschrift bedraagt zes weken. Die termijn begint te lopen vanaf de dag na de verzending van de uitspraak van de rechtbank. De Algemene termijnenwet (Atw) bepaalt dat als de laatste dag van een termijn op

Lees hier meer