Wij zoeken nieuwe collega’s. bekijk hier alle vacatures

17 oktober 2024

Hoge Raad vernietigt boetebeschikkingen: opzet bij niet aangeven gebruikelijk loon onvoldoende bewezen

Een recent arrest van de Hoge Raad ging over de vraag of de Belastingdienst terecht navorderingsaanslagen en boetes heeft opgelegd vanwege het niet aangeven van het gebruikelijke loon. De zaak betrof een vrouw, die arbeid heeft verricht voor een bv zonder hiervoor loon te ontvangen of op te nemen in haar aangiften inkomstenbelasting. De inspecteur legde daarom navorderingsaanslagen en boetes op. De Hoge Raad oordeelde dat de inspecteur onvoldoende bewijs heeft geleverd voor de stelling dat de vrouw zich bewust was van haar aanmerkelijk belang en daarom opzettelijk geen loon had aangegeven.

Achtergrond van de zaak

De vrouw werkte voor de bv van haar echtgenoot zonder hiervoor loon te ontvangen. De inspecteur stelde na een boekenonderzoek vast dat zowel zij als haar echtgenoot een aanmerkelijk belang hadden in de bv. De vrouw had echter in haar aangiften inkomstenbelasting geen gebruikelijk loon opgenomen, zoals voorgeschreven in de Wet op de loonbelasting. Dit leidde tot het opleggen van navorderingsaanslagen en boetes. De inspecteur stelde dat de vrouw bewust geen loon had verantwoord en opzettelijk onjuiste aangiften had gedaan om belastingheffing te ontwijken. Voor het opleggen van deze boetes is (voorwaardelijke) opzet bij de belastingplichtige een vereiste. De bewijslast hiervoor ligt bij de inspecteur.

Oordeel van het hof

Het hof oordeelde dat de inspecteur voldoende heeft bewezen dat de vrouw opzettelijk had gehandeld. Volgens het hof was sprake van voorwaardelijke opzet, omdat de belastingplichtige had verklaard geen loon te hebben ontvangen vanwege een gebrek aan liquide middelen bij de bv. Uit het boekenonderzoek bleek echter dat aanzienlijke bedragen aan het vermogen van de bv waren onttrokken. Dat toonde volgens het hof aan dat de vrouw bewust heeft afgezien van loon en zich daarmee schuldig heeft gemaakt aan het doen van onjuiste aangiften.

Oordeel van de Hoge Raad

De Hoge Raad oordeelde echter dat het hof ten onrechte bewezen heeft geacht dat de vrouw zich bewust was van haar aanmerkelijk belang en dat zij opzettelijk geen loon heeft aangegeven. Het hof heeft verzuimd vast te stellen of de vrouw ten tijde van het indienen van haar aangiften wist dat zij een aanmerkelijk belang had in de bv. Hoewel haar echtgenoot een aanmerkelijk belang had, en dit formeel ook voor haar gold, volgde uit de bewijsmiddelen niet dat zij zich daarvan bewust was. Daarnaast speelt de onttrekking van middelen uit de bv geen rol bij de beoordeling van het loon. De inspecteur heeft deze bedragen als winstuitdelingen aangemerkt en niet als loon. Het oordeel dat de vrouw opzettelijk geen loon heeft aangegeven, was volgens de Hoge Raad ondeugdelijk onderbouwd. De bewijslast voor opzet ligt bij de inspecteur, en die moest overtuigend aantonen dat opzet in het spel was.

Ongebruikelijke situaties

Hoewel het ongebruikelijk lijkt, dat iemand zich niet bewust is van een aanmerkelijk belang, zijn er omstandigheden waarin dit wel mogelijk is. Voorbeelden van deze omstandigheden zijn:

  • Complexe structuren: bij ingewikkelde eigendomsstructuren, zoals holdings of tussenliggende vennootschappen, kan het onduidelijk zijn dat iemand een aanmerkelijk belang heeft.
  • Indirect aanmerkelijk belang: wanneer iemand via een partner of via gezamenlijke eigendom een aanmerkelijk belang heeft, kan het onduidelijk zijn dat dit fiscale verplichtingen met zich meebrengt.
  • Gebrek aan fiscale kennis: een persoon, die niet goed op de hoogte is van de fiscale wetgeving, kan zich mogelijk niet bewust zijn van de verplichtingen, die horen bij een aanmerkelijk belang. Dit geldt zeker als iemand formeel betrokken is maar niet actief deelneemt aan de bedrijfsvoering.
  • Vertrouwen op een partner of adviseur: als iemand vertrouwt op een partner of adviseur om de financiële en belastingzaken te regelen, kan dat leiden tot onvoldoende kennis van de eigen fiscale situatie.

Deze zeldzame situaties benadrukken de noodzaak voor de inspecteur om opzet overtuigend te bewijzen. Het enkele feit, dat er een aanmerkelijk belang is, is onvoldoende om een boete op te leggen: de belastingplichtige moet zich daarvan bewust zijn.

De Hoge Raad vernietigde de uitspraak van het hof voor wat betreft de boetes. De zaak is doorverwezen naar het gerechtshof Amsterdam, dat opnieuw moet beoordelen of de belastingplichtige bewust onjuiste aangiften heeft gedaan. Totdat het hof uitspraak doet, blijven de boetes in kwestie openstaan.

Gevolgen van het arrest

Dit arrest bevestigt dat de inspecteur zorgvuldig moet bewijzen dat sprake is van (voorwaardelijk) opzet bij het niet naleven van fiscale verplichtingen. De belastingplichtige moet niet alleen een aanmerkelijk belang hebben, maar moet zich ook bewust zijn van de fiscale gevolgen daarvan.

Relevante artikelen

Bijtelling privégebruik voor drie auto’s

Een auto die een werkgever ter beschikking stelt aan een werknemer wordt altijd geacht ook voor privédoeleinden te worden gebruikt, tenzij overtuigend wordt aangetoond dat minder dan 500 kilometer per jaar privé met de auto wordt

Lees hier meer

Geen bron van inkomen door scheiding activiteiten

Winst bestaat uit het gezamenlijke bedrag van de winst die iemand geniet uit één of meer ondernemingen. Wie binnen één eenmanszaak meerdere activiteiten ontplooit zonder onderlinge samenhang, riskeert dat de

Lees hier meer

Controlerapport geen beschikking verliesverrekening

Verliezen kunnen alleen worden verrekend als deze bij beschikking zijn vastgesteld. Een controlerapport kwalificeert niet als een dergelijke beschikking. Zo’n rapport bevat geen formele vaststellingen. Het dient alleen ter ondersteuning bij het

Lees hier meer

Minimumuurloon naar € 14,71

De bedragen van de Wet minimumloon en minimumvakantiebijslag worden halfjaarlijks gewijzigd. Per 1 januari 2026 bedraagt het minimumuurloon voor iemand van 21 jaar of ouder € 14,71. Voor mensen die jonger zijn dan 21 jaar gelden van het

Lees hier meer

Vanaf 2027 extra belasting op fossiele brandstofauto van de zaak

Werkgevers die een auto van de zaak beschikbaar stellen aan werknemers, krijgen vanaf 1 januari 2027 te maken met een nieuwe fiscale maatregel. Het gaat om een zogenoemde pseudo-eindheffing van 12% op de cataloguswaarde van personenauto’s die op

Lees hier meer

Onvoldoende bewijs voor btw-aftrek appartement

Wie een appartement met woonbestemming aanschaft en daarvoor btw-aftrek wil claimen, moet ervoor zorgen dat hij over zeer overtuigend bewijs beschikt dat het pand niet als woning wordt gebruikt. Dit blijkt uit een recente uitspraak van hof

Lees hier meer