Wij zoeken nieuwe collega’s. bekijk hier alle vacatures

4 juli 2024

Schadeverzekeraar probeert onder verlegde btw uit te komen

Een schadeverzekeraar biedt onder meer autoverzekeringen aan, die binnen de EU de wettelijke aansprakelijkheid bij deelname aan het verkeer dekken. Deze verzekeringen zijn in Nederland vrijgesteld van btw. Bij schade binnen de EU ontvangt de verzekeraar voor de schadeafhandeling een factuur met verlegde btw. Aangezien de verzekeraar vrijgestelde diensten verricht, kan zij deze btw niet verrekenen. Om de btw-druk te verzachten probeert de verzekeraar onder de heffing van verlegde btw uit te komen. Welk geitenpaadje de verzekeraar heeft bedacht, leest u in dit artikel.

Casus

De verzekeraar is wettelijk verplicht om in andere lidstaten van de EU een schaderegelaar aan te stellen. Wanneer met een motorvoertuig, dat bij de verzekeraar is verzekerd, schade wordt veroorzaakt in een andere lidstaat, wikkelt de schaderegelaar de schade af. De verzekeraar ontvangt van de schaderegelaar een factuur met verlegde btw. De verzekeraar heeft deze btw aangegeven en afgedragen, waarna de verzekeraar tegen de afdracht van btw een bezwaarschrift heeft ingediend. De inspecteur heeft het bezwaarschrift ongegrond verklaard. Voor de rechtbank was in geschil of de factuur van de schaderegelaar onder de vrijstelling van btw voor schadeverzekeringen valt. Indien dat het geval is, bespaart de verzekeraar 21% btw op elke schade binnen de EU. De rechtbank heeft de volgende prejudiciële vragen aan de Hoge Raad voorgelegd.

  1. Vormen de schadeafwikkeling, die de schaderegelaar binnen de EU voor de verzekeraar uitvoert, en de verzekering één ondeelbare dienst? De rechtbank wil weten of het mogelijk is een dienst, die door een ondernemer aan zijn afnemer wordt verricht, met een dienst, die de afnemer als ondernemer aan een andere afnemer verricht, voor de heffing van omzetbelasting als één dienst aan te merken.
  2. Zo nee, is de schadeafwikkeling aan te merken als een bijkomende prestatie bij de verzekering als hoofdprestatie, die het fiscale lot van de hoofdprestatie volgt en dus is vrijgesteld?

Oordeel Hoge Raad

Op grond van de Btw-richtlijn moet elke prestatie in beginsel op zichzelf worden beoordeeld. Eenieder die, ongeacht de plaats en het resultaat daarvan, zelfstandig een economische dienst verricht, is belastingplichtig voor de btw. De Hoge Raad oordeelt dat de functionaliteit en de uitvoerbaarheid van de btw in gevaar komen wanneer prestaties, die verschillende ondernemers aan verschillende afnemers verrichten, als één ondeelbare economische prestatie zouden worden aangemerkt. De verzekeraar vist derhalve achter het net en zal de btw over de schadeafhandeling binnen de EU moeten blijven afdragen.

Relevante artikelen

Werkelijk rendement over hele vermogen, niet per vermogensbestanddeel

Een man doet aangifte inkomstenbelasting over het jaar 2021. Hij geeft in zijn aangifte een belastbaar inkomen uit sparen en beleggen (box 3) op van € 35.616. Dit bedrag is gebaseerd op verschillende vermogensbestanddelen, waaronder vorderingen

Lees hier meer

Terugvordering kindgebonden budget verminderd tot nihil

Een man ontvangt in 2020 een nabetaling van € 37.439 van het UWV na een gewonnen rechtszaak. Deze nabetaling zorgt ervoor dat drie overheidsinstanties tegelijk geld terugvorderen: de Belastingdienst (€ 10.000), het UWV (€ 20.107) en de

Lees hier meer

Gebonden aan vaststellingsovereenkomst

Een vof handelt in exclusieve horloges en schaft nieuwe horloges aan in Spanje, inclusief Spaanse btw. Bij de verkoop in Nederland past de vof de margeregeling toe, wat niet mag bij nieuwe goederen. Na een boekenonderzoek sluit zij in 2017 een

Lees hier meer

Bijtelling auto ondanks verbod privégebruik in contract

Een kinderdagverblijf gebruikt vier auto's voor het ophalen en brengen van kinderen en het doen van boodschappen. Werknemers moeten bij indiensttreding een autoverklaring ondertekenen waarin staat dat privégebruik uitdrukkelijk verboden is.

Lees hier meer

Fiscaal compromis vernietigd door dwaling over woningoppervlakte

In 2017 verkoopt een dochtermaatschappij een woning met garage aan de zoon van de dga voor € 274.760, terwijl de WOZ-waarde € 398.000 bedraagt. De woning wordt al jaren verhuurd aan dezelfde zoon voor slechts € 1.200 per maand, zonder

Lees hier meer

Negatief loon bij bestuurdersaansprakelijkheid: wanneer is er echte verarming?

Een dga moet via zijn vennootschap € 453.476 schadevergoeding betalen vanwege de onrechtmatige verkoop van sportkleding die eigenlijk van een andere partij was. Hij betaalt de helft (€ 226.738) en wil dit bedrag als negatief loon aftrekken

Lees hier meer