Wij zoeken nieuwe collega’s. bekijk hier alle vacatures

25 juli 2024

Miljoenen uit de greep van de Belastingdienst: moet de zoon erfbelasting betalen?

Erfbelasting wordt geheven van de nalatenschap van iemand die ten tijde van zijn overlijden in Nederland woonde. De vraag is of iemand, die jarenlang geprobeerd heeft buiten het zicht van de Nederlandse belastingdienst te blijven door constant van woonplaats te veranderen, ten tijde van zijn overlijden in Nederland woonde. De Belastingdienst meent van wel en heeft aan de zoon van de overledene een navorderingsaanslag erfbelasting met vergrijpboete opgelegd. Er volgt een procedure bij Hof Den Bosch.

Stelling zoon

De zoon stelt dat zijn vader ten tijde van diens overlijden in 2015 geen inwoner van Nederland was. Dit heeft volgens de zoon tot gevolg dat geen verplichting bestond om aangifte erfbelasting te doen. Hij heeft dit standpunt schriftelijk aan de inspecteur medegedeeld, wijzend op het feit dat zijn vader fiscaal niet in Nederland woonde en daardoor niet belastingplichtig was.

Betwisting inspecteur

De inspecteur betwist dit en voert aan dat de vader van belanghebbende in 2006 in Nederland woonde. Volgens de wet wordt een Nederlander, die binnen tien jaar na zijn emigratie overlijdt, geacht in Nederland te wonen voor toepassing van de erfbelasting. De inspecteur legt een navorderingsaanslag erfbelasting met vergrijpboete op en schat het vermogen van de nalatenschap op € 11 miljoen. De inspecteur heeft dit bedrag gebaseerd op justitieel beslag.

Oordeel hof

Het hof acht, net als de rechtbank, aannemelijk dat de vader op enig moment in de tien jaar voor zijn overlijden in Nederland heeft gewoond. De inspecteur heeft diverse bewijsstukken aangedragen, zoals:

  • inschrijving van de erflater in Nederland in 2006;
  • bezit van een auto met Nederlands kenteken van 2002 tot en met 2007;
  • verzekering bij VGZ voor ziektekosten van 2005 tot en met 2008;
  • ontbreken van fiscale registratie van de erflater in het buitenland;
  • regelmatige bezoeken aan het familiegraf en keuze om daar begraven te worden;
  • behoud van de Nederlandse nationaliteit; en
  • gebrek aan gedetailleerde woonadresinformatie in politiesystemen; enkel landen werden vermeld.

Aangezien is aangetoond dat de erflater binnen tien jaar voor zijn overlijden in Nederland heeft gewoond en de zoon de enige erfgenaam is, is het hof van oordeel dat de zoon erfbelasting verschuldigd is over de ontvangen erfenis. Wel vermindert het hof de aanslag omdat de Belastingdienst is uitgegaan van een te hoge verkrijging. Ook vernietigt het hof de opgelegde boete, omdat de Belastingdienst niet heeft bewezen dat de zoon opzettelijk een onjuiste aangifte heeft gedaan.

Samenvattend

Het hof concludeert dat de inspecteur voldoende bewijs heeft geleverd om aannemelijk te maken dat de vader belastingplichtig was in Nederland. De zoon is daardoor terecht aangeslagen voor de erfbelasting. De poging van de vader om door middel van verhuizingen buiten de Nederlandse belastingheffing te blijven is niet geslaagd.

Relevante artikelen

Start herstel box 3 op basis van werkelijk rendement

Op 8 juli 2025 heeft de Eerste Kamer de Wet tegenbewijsregeling box 3 aangenomen. Dit betekent dat de Belastingdienst kan starten met het herstel van box 3 op basis van het werkelijk rendement. Vanaf half juli 2025 verstuurt de Belastingdienst

Lees hier meer

Gelijk loon, gelijk fout: hoe de Belastingdienst dga’s op één hoop gooit

De kennisgroep loonheffingen van de Belastingdienst publiceerde onlangs een standpunt waarin zij aangeeft dat het loon van de ene dga minstens gelijk moet zijn aan dat van de andere dga. Zelfs als die andere dga óók een aanmerkelijk

Lees hier meer

Onherroepelijke aanslag blokkeert wijziging fiscale partnerkeuzes

Het overlijden van een fiscaal partner roept vaak vragen op over eerdere belastingaangiften, zo ook in deze casus. Een erfgenaam probeert namelijk de aangifte van haar overleden echtgenoot te herzien. Ze wil de verdeling van het box 3-vermogen

Lees hier meer

Geen invorderingsrente bij eigen vergissing afstandsverkopen

Wanneer is ten onrechte betaalde btw ‘in strijd met het Unierecht geheven’? Een Nederlandse webshop stelt deze principiële vraag aan de Rechtbank Gelderland. De webshop krijgt ruim € 50.000 aan btw terug, omdat ze de afstandsverkopenregeling

Lees hier meer

Geen lagere aanslag, lager rendement niet aannemelijk gemaakt

Een vrouw doet aangifte inkomstenbelasting. De Belastingdienst legt een aanslag op conform deze aangifte. De vrouw is het niet eens met de berekening van het inkomen uit sparen en beleggen en maakt bezwaar. De inspecteur behandelt het bezwaar deels

Lees hier meer

Kan een werknemer van zijn arbeidsovereenkomst af voordat hij is gestart?

Een onderneming heeft een openstaande vacature voor de functie van inkoper. Om een geschikte vervanger te vinden, schakelt zij een recruitmentbureau in. Kort daarna introduceert het bureau een kandidaat. Na een eerste kennismakingsgesprek en verdere

Lees hier meer