Wij zoeken nieuwe collega’s. bekijk hier alle vacatures

1 februari 2024

Startersvrijstelling overdrachtsbelasting levert geen leeftijdsdiscriminatie op

Bij de verkrijging van in Nederland gelegen onroerende zaken is in beginsel overdrachtsbelasting verschuldigd. Voor een woning, die voor de verkrijger als hoofdverblijf zal dienen, geldt een tarief van 2%. Voor een verkrijger, die jonger is dan 35 jaar, geldt onder voorwaarden eenmalig een vrijstelling van overdrachtsbelasting.

De vraag in een procedure voor Hof Den Bosch was of het hanteren van een leeftijdsgrens voor de vrijstelling een verboden onderscheid naar leeftijd inhoudt. Volgens het hof bestaat voor de leeftijdsgrens een objectieve en redelijke rechtvaardiging. Het hof wijst erop dat niet iedere vorm van ongelijke behandeling van gelijke gevallen verboden is. De wetgever heeft een ruime beoordelingsvrijheid bij het beantwoorden van de vraag of gevallen als gelijk moeten worden beschouwd. Dat geldt ook voor het bestaan van een objectieve en redelijke rechtvaardiging om gelijke gevallen verschillend te behandelen. De wetgever heeft met de startersvrijstelling de positie van koopstarters op de woningmarkt willen verbeteren. Het merendeel van deze starters is tussen de 25 en 35 jaar oud. Met de gekozen leeftijdsgrens is hierbij aangesloten.

Belastingheffing is een inbreuk op het recht op ongestoord genot van eigendom. Een dergelijke inbreuk is slechts toegestaan als er een redelijke mate van evenredigheid bestaat tussen de gebruikte middelen en het doel dat ermee wordt nagestreefd. Die evenredigheid ontbreekt als de betrokken belastingplichtige wordt getroffen door een individuele en buitensporige last. De overdrachtsbelasting wordt in beginsel geheven van iedereen die een onroerende zaak verkrijgt. Om die reden kan naar het oordeel van het hof geen sprake zijn van een individuele en buitensporige last. De last laat zich in het geval van deze belastingplichtige niet sterker voelen dan in het algemeen.

Relevante artikelen

Tarieven en heffingskortingen 2026

Het pakket Belastingplan 2026 bestaat uit acht wetsvoorstellen met een breed palet aan fiscale maatregelen. De tarieven en heffingskortingen in de inkomstenbelasting zien er als volgt uit. 2026 2025 Tarief schijf 1

Lees hier meer

Wijzigingen loonbelasting

Fossiele leaseauto’s worden duurder voor werkgevers Vanaf 1 januari 2027 geldt een pseudo-eindheffing van 12% over de waarde van fossiele personenauto’s die een werkgever voor privégebruik aan werknemers ter beschikking stelt. Dit stimuleert

Lees hier meer

Voorstellen energie- en vliegbelasting

Vliegbelasting Het tarief van de vliegbelasting wordt vanaf 2026 gebaseerd op de eindbestemming van de passagier, niet op de eerste overstapluchthaven. De belasting kent drie afstandscategorieën: € 29,40 voor korte vluchten (EU, Caribisch NL

Lees hier meer

Voorstellen erf- en schenkbelasting

Erfbelasting krijgt ruimere aangiftetermijn De aangiftetermijn voor erfbelasting wordt verlengd van acht naar twintig maanden na overlijden. Dit komt doordat erfgenamen vaak te weinig gegevens hebben binnen de huidige termijn om een juiste en

Lees hier meer

Voorgestelde wijzigingen autobelastingen

Tariefkorting voor emissievrije personenauto's Door het zware accupakket betalen emissievrije personenauto’s zonder korting meer motorrijtuigenbelasting (mrb) dan vergelijkbare benzineauto’s. Om deze auto’s gelijker te belasten in de mrb, heeft het

Lees hier meer

Wijzigingen omzetbelasting en accijns

Behoud lage btw op cultuur, media en sport De voorgenomen verhoging van het lage btw-tarief (9% → 21%) gaat niet door voor cultuur, media en sport. Het kabinet en de Tweede Kamer vinden het belangrijk dat bijvoorbeeld boeken, concerten,

Lees hier meer