Wij zoeken nieuwe collega’s. bekijk hier alle vacatures

1 februari 2024

Uitzondering op vrijgestelde verhuur voor vakantievilla

De verhuur van onroerende zaken is vrijgesteld van omzetbelasting. Er geldt een uitzondering op deze vrijstelling voor de verhuur in het kader van het hotel-, pension-, kamp- en vakantiebestedingsbedrijf aan personen, die daar slechts voor een korte periode verblijf houden. Op deze zogenaamde short-stay-uitzondering is het verlaagde tarief van toepassing. De uitzondering is gebaseerd op de Btw-richtlijn. Volgens het Hof van Justitie EU hebben de lidstaten van de EU een beoordelingsmarge om onderscheid te maken tussen vrijgestelde verhuur en verstrekkingen in het hotelbedrijf of sectoren met soortgelijke functies. Het begrip sectoren met soortgelijke functies moet ruim worden uitgelegd. De voorwaarde van kort verblijf is een passende voorwaarde om te bepalen of de activiteit past binnen het tijdelijk verstrekken van accommodatie in het kader van een commerciële relatie.

In de nationale wet is niet geregeld wanneer sprake is van kort verblijf. In het Vastgoedbesluit heeft de staatssecretaris van Financiën aangegeven dat kenmerkend is voor kort verblijf dat de tijdelijke bewoner niet is belast met de zorg voor de inventaris. Als gasten feitelijk maximaal zes maanden in een accommodatie verblijven en zij het middelpunt van hun maatschappelijk leven niet daarheen verplaatsen, is in ieder geval sprake van verblijf voor een korte periode. Bij verhuur voor een langere periode dan zes maanden rust op de verhuurder de bewijslast om aannemelijk te maken dat sprake is van een verblijf voor een korte periode.

De rechtbank Gelderland is van oordeel dat de short-stay-uitzondering van toepassing is op de verhuur van een vakantievilla door een bv aan haar dga. De huurovereenkomst is aangegaan voor de duur van een jaar. De villa is uitsluitend door de dga gebruikt. Op basis van de wet en jurisprudentie is volgens de rechtbank geen sprake van concurrentie door de bv met het hotel- en vakantiebestedingsbedrijf. Dat zou betekenen dat de verhuur volgens de hoofdregel is vrijgesteld van omzetbelasting en de omzetbelasting op de verbouwingskosten van de villa niet voor aftrek in aanmerking komt. Op basis van het Vastgoedbesluit meent de rechtbank echter dat de duur van het feitelijke verblijf doorslaggevend is voor toepassing van de short-stay-uitzondering. Dat geldt ook als sprake is van een langlopende exclusieve huurovereenkomst van een woning zonder recreatiebestemming. De rechtbank vond aannemelijk dat de dga en zijn gezin gedurende het jaar van de huurovereenkomst steeds feitelijk kort in de villa hebben verbleven. Dat verblijf varieerde van enkele dagen tot twee weken zomervakantie.

Volgens de rechtbank kan de bv een beroep doen op het begunstigende beleid van het Vastgoedbesluit, ook al wijkt het besluit af van een richtlijnconforme uitleg van de Nederlandse wet.

Relevante artikelen

Loon op loonlijst is belast, ook zonder uitbetaling

Een vader helpt zijn zoon met de opstart van diens bv. Hij staat op de loonlijst en de bv houdt loonheffing in. Echter, de vader ontvangt geen geld. De vader ontvangt alleen AOW en een klein pensioen. In zijn aangifte probeert de vader het loon weg

Lees hier meer

Schenkbelasting terug na terugstorten tweede jubeltonschenking

Een zoon ontvangt in 2014 en 2018 twee schenkingen van zijn ouders voor zijn eigen woning. Beide partijen denken dat de tweede schenking ook belastingvrij is. De inspecteur legt echter een aanslag schenkbelasting op, omdat de vrijstelling maar

Lees hier meer

Inschrijving brp alleen is onvoldoende voor medebewonerschap huurtoeslag

Rechtbank Noord-Holland heeft onlangs geoordeeld dat er een onbalans is tussen de letter van de wet en het doel ervan. Volgens de wet is het recht op huurtoeslag en de hoogte daarvan afhankelijk van de draagkracht van de huurder, diens partner en de

Lees hier meer

Schoenherstelbedrijf verliest rechtszaak over gestolen kasomzet

Wie beweert dat geld gestolen is, moet dat kunnen aantonen. Een verhaal alleen is simpelweg niet genoeg. Een schoenherstelbedrijf uit Noord-Holland komt hier bij de rechtbank achter. De rechtbank gelooft niet in het verhaal over diefstal van €

Lees hier meer

Geen voorziening voor toekomstige bedrijfsvoortzetting

Een varkenshouder vormt voorzieningen voor luchtwassers en asbestsanering. De inspecteur vordert na. Het hof oordeelt dat de voorzieningen terecht zijn gecorrigeerd. Voor investeringen ten behoeve van toekomstige bedrijfsvoortzetting kan geen

Lees hier meer

Gouden munten geen contant geld

Contant geld valt in box 3 sinds 2023 onder het lage rendementspercentage voor banktegoeden. De Kennisgroep 'inkomstenbelasting niet-winst' is van mening dat ter belegging gehouden gouden munten niet kwalificeren als contant geld. Deze gouden munten

Lees hier meer